Regeling door en kenmerken van hormonen
Hormonale regeling draagt bij aan het handhaven van homeostase door middel van de hypothalamus en hormoonklieren (endocriene klieren). De hypothalamus maakt deel uit van het centrale zenuwstelsel. Naast het handhaven van o.a. de bloeddruk en lichaamstemperatuur speelt de hypothalamus ook een belangrijke rol bij de hormonale regeling. De hypothalamus bestaat uit zenuwweefsel dat hormononen produceert (= neurosecretie). De hypothalamus maakt vier neurohormonen aan: ADH, oxytocine, Releasing Hormonen (RH’s) en Inhibiting Hormonen (IH’s).
De hypofyse bestaat uit twee kwabben. Wanneer de hypothalamus RH’s of IH’s afgeeft, wordt de voorkwab van de hypofyse gestimuleerd. Deze hormonen stimuleren of remmen vervolgens de productie van hormonen door de hypofyse. De hypofyse hormonen zetten diverse perifere hormoonklieren aan tot de productie van perifere hormonen. De neurohormonen ADH en oxytocine komen via de achterkwab van de hypofyse in het bloed.
Kenmerken van hormonen
- Hormonen worden aan het bloed afgegeven en met het bloed getransporteerd.
- Hormonen regelen de werking van doelorganen.
- Elk hormoon heeft een specifieke (molecuul)structuur [sleutel] die alleen door hormoonreceptoren [slot] op of in de cellen van doelorganen herkend wordt.
- De hormoonspiegel (= concentratie hormoon in het bloed) is bepalend voor de mate van reactie (van doelorganen).
- Hormonen worden afgebroken door de lever en vervolgens uitgescheiden door de nieren of gebruikt voor de stofwisseling.
- Hormonale regeling vindt meestal plaats door negatieve terugkoppeling.
Hormoonstructuren
Hormonen kunnen in twee groepen van hormoonstructuren ingedeeld worden:
- Steroïd structuur (in vet oplosbaar): langzame en langdurige werking door middel van genregulatie.
- Eiwitachtige structuur (in water oplosbaar): snelle en kortstondige werking door middel van second messenger.

Negatieve terugkoppeling
Alle hormonen hebben een regelfunctie in het lichaam en maken deel uit van soms eenvoudige, soms complexe regelsystemen. Hoe ‘weet’ een klier of hij meer of juist minder hormoon moet afgeven? Hiervoor maakt het lichaam meestal gebruik van negatieve terugkoppeling. Een belangrijk deel van de hersenen dat hierbij betrokken is, is de hypothalamus. Deze ‘meet’ de hoeveelheden van verschillende hormonen in de bloedbaan en reageert hierop door zelf hormonale of neurale berichten af te geven aan de endocriene klieren (vooral de hypofyse). Deze berichten geven dan aan of de productie van het hormoon gestimuleerd of geremd moet worden.
Bron: https://nl.wikipedia.org/wiki/Hormoon

Links
- Hormonen en homeostase op Kennisbank Biologie
- Hormonen en homeostase op bioplek
- Hormonen op biologiepagina.nl