Invloed van koken op vitamine C-gehalte

Inleiding

Vitamine C (ascorbinezuur), een wateroplosbare vitamine, komt onder andere voor in groenten en fruit. Vitamine C wordt, omdat het zo gemakkelijk oxideert (zuurstof aantrekt), gebruikt als anti-oxidant in voedingsmiddelen. Deze verkleuren of bederven dan minder gauw of verliezen minder snel hun smaak.
Er wordt beweerd dat vitamine C tijdens het koken verloren gaat. In dit practicum onderzoek je het effect van koken op het vitamine C-gehalte. Vitamine C toon je aan met de donkerblauwe stof, DCPIP. Door bij DCPIP een bepaalde hoeveelheid vloeistof met vitamine C te druppelen, ontkleurt DCPIP. Hoe meer vitamine C de vloeistof bevat, des te sneller DCPIP ontkleurt.

Doelen


Aan de slag

  1. Formuleer een (toetsbare) hypothese die past bij de onderzoeksvraag: gaat vitamine C bij koken verloren?
  2. Maak bij jullie hypothese een werkplan voor een proef om antwoord op de hypothese te krijgen. Denk daarbij aan de herhaalbaarheid, een controle-experiment en beschikbaar materiaal.
  3. Vergelijk jouw werkplan met die van een andere groep en pas zonodig je werkplan aan.
  4. Voer eerst de bepalingen 1 en 2 uit.
sinaasappel
Sinaasappel

Bepaling 1 | Bepalen van een bekende hoeveelheid vitamine C

Breng 1 ml DCPIP-oplossing in een reageerbuis. Vul een injectiespuit met een schaalverdeling met de standaard vitamine C-oplossing van 0,1% (a). Druppel onder voortdurend schudden de vitamine C-oplossing bij de buis met de DCPIP. Ga door tot de oplossing kleurloos blijft. Noteer hoeveel ml vitamine C nodig is om 1 ml DCPIP volledig te ontkleuren. Herhaal de bepaling met een schone reageerbuis. Bereken het gemiddelde van beide bepalingen (b).

Bepaling 2 | Bepalen van een onbekende hoeveelheid vitamine C

Bij deze bepaling werk je met een onbekende vitamine C-oplossing (x %). Vul een injectiespuit met deze oplossing. Bepaal hoeveel ml van deze oplossing nodig is om 1 ml DCPIP te ontkleuren. Herhaal de bepaling. Bereken het gemiddelde (c). Bepaal het percentage vitamine C (maak hiervoor gebruik van beide bepalingen). Vraag of het percentage juist is.

  1. Voer je eigen proef uit. Gebruik bepaling 2 voor het rekenwerk. Trek conclusies.
  2. Vergelijk jouw conclusies met die van andere groepen. Komen ze overeen?

Reflectievragen

  1. Welke stappen van de natuurwetenschappelijke methode heb je toegepast? Met welke stap heb je de meeste moeite gehad?
  2. Waarvoor moest je voor het opstellen van het werkplan denken aan de herhaalbaarheid en een controle-experiment? Hoe heb je dat in de uitvoering toegepast?
  3. Bedenk een tweetal situaties waarvoor je de vitamine C-bepaling kunt gebruiken.
  4. Vergelijk de conclusie van je proef met gegevens uit bronnen. Denk aan de bronvermelding.

Links

Deel deze pagina