Quiz wetenschapsfilosofie | 2 voor 12
Vul steeds de eerste letter in van het antwoord (tenzij een andere letter gevraagd wordt) in de balk onder aan de pagina. Als je alle letters hebt, kluts de letters door elkaar tot er een woord van dertien letters uitkomt.
Vraag 1
De Grieken probeerden door logisch redeneren uit bestaande kennis nieuwe kennis af te leiden (deductie). Maar vanaf de 16e eeuw werd het doen van nauwkeurige waarnemingen steeds belangrijker. Men streefde ernaar door het doen van voldoende waarnemingen tot algemeen geldende uitspraken te komen. Hoe wordt dit genoemd?
Vraag 2
Hoe noemen we het proces dat sommige variëteiten het makkelijker hebben om te overleven dan andere afhankelijk van de omstandigheden. Eerste letter van het tweede woord.
Vraag 3
In de tijdperk van de Grieken bestond de term wetenschapsfilosofie nog niet. Welke benaming werd toen der tijd gebruikt voor wetenschapsfilosofie. Hint: het WNF zet zich hiervoor in.
Vraag 4
Vesalius gaf in 1543 de eerste atlas van het menselijke lichaam uit. Voor zijn onderzoek sneed hij in dode lichamen, terwijl hierop een taboe rustte. Hij gebruikte hiervoor lijken die van galgen waren gestolen. Hoe wordt het snijden in dode lichamen ook wel genoemd?
Vraag 5
Volgens bepaalde wetenschapsfilosofen moet wetenschappelijk onderzoek gericht zijn op het aantonen van de eventuele onjuistheden ervan (falsificatie). Op dit moment wordt vooral gekeken naar de juistheid van een hypothese. Wat is de benaming voor het aantonen van de juistheid van een hypothese?
Vraag 6
Bonusletter: D
Vraag 7
Voornaam van de wetenschapsfilosoof die het falsificatiecriterium binnen de wetenschapsfilosofie geïntroduceerd heeft.
Vraag 8
Deze theorie over het ontstaan en ontwikkeling van leven heeft in West-Europa een grote aanhang, maar in de Verenigde Staten ligt deze theorie momenteel onder vuur. Over welke theorie hebben we het?
Vraag 9
Vierde letter van de plaatsnaam waar je een certificaat kon verkrijgen die bescherming bood tegen heksenvervolging.
Vraag 10
In een woordenboek staat het volgende: 1 leer van de wetenschap of kunst; 2 onderwijs in de grondbeginselen; 3 opvatting buiten de praktijk om. Van welk woord is hier een omschrijving gegeven?
Vraag 11
De ANW-methode van uitgeverij Noordhoff. Hint: bekijk het van de zonnige kant.
Vraag 12
Welke beroemde geleerde (384-322 voor Christus) was ervan overtuigd dat mannen meer tanden hadden dan vrouwen. Om eens in de mond van zijn vrouw te kijken kwam niet in hem op. Hij leidde deze conclusie via logisch redeneren af uit eerdere veronderstellingen en vond dat afdoende bewijs.
Vraag 13
In deze periode kwam de wetenschap weer in opkomst met onder andere wetenschappers als Galilei en Copernicus. Hint: denk Frans.
Vraag | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 | 13 |
Letter | |||||||||||||
Woord |
Link
Inleiding wetenschapsfilosofie